dinsdag 6 september 2011

Dag Vijf

"Ik ben brak."
Vannacht was geen succes, voor Vriend.
Ik werd wakker helemaal bezweet, maar de gehele nacht doorgeslapen.
Denkend dat het wellicht wel af zou nemen heeft hij een hele tijd wakker gelegen en geprobeerd mijn rondslaande ledematen af te weren. En in plaats van in te binden zette ik kracht en probeerde hem echt te raken.
Gisteravond werd mijn lijf ineens wakker. Nadat de laatste pil was uitgewerkt voelde ik de onrust toenemen. Vingers die moesten bewegen, tenen die onbewust gestrekt werden en hartkloppingen. Mijn lijf stond op, maar mijn hoofd was wel toe aan slaap. Vandaar dat ik om half één besloot gewoon in bed te gaan liggen en maar te zien wat er zou gebeuren.
Ik viel gelukkig in slaap, daarmee die van Vriend verstorend.

Op de dagen dat ik niet werk sta ik later op en neem dan dus pas mijn eerste pil. Het is makkelijk rekenen, ik neem er drie, ze werken alle drie vier uur, dus twaalf uur na de eerste inname is de laatste uitgewerkt.
En dan komt de rebound. De rebound waarvoor kinderen vaak slaapmedicatie nemen. De onrust in je lijf. Het lijkt alsof het de hele dag is opgespaard en er in een klap uit moet. 's Avonds, als je eigenlijk je bed in wilt.
Volgens de psychiater zou het helpen om tegen deze rebound een halve pil te nemen vlak voor het slapen. Of misschien zou het helpen als laatste pil niet een hele, maar een halve te nemen? Maar om nou meteen in de eerste weken te gaan experimenteren lijkt mij geen succes.

Door de dag heen ben ik eigenlijk wat timide, maar dat zou ook kunnen komen door alle spanningen en drukte van de afgelopen paar dagen. Heb weer teveel gedaan in een te korte tijd. Iets waar ik mij vaak pas achteraf bewust van ben.
In mijn enthousiasme zeg ik 'ja' tegen net iets te veel afspraken op hetzelfde moment en als het dan zover is krijg ik de afspraken niet in elkaar gepland. Combineren loopt ook vaak uit op een ramp, want als je met je haakwerk in je handtas een festivalterrein probeert op te komen wordt je toch wel vreemd aangekeken door de beveiliging en vriendelijk verzocht je tas leeg te maken.
En hoe leuk ik het vaak ook vind of hoe enthousiast ik er over ben en hoe het ook lijkt alsof het allemaal wel lukt en ik het aan moet kunnen. Ik raak overprikkeld. Mijn hoofd moet rekening houden met iedereen, alles uitvoeren, alles zien, alles horen en kan daardoor niet meer voelen hoe het met mijzelf gaat. Ik sla door. Als een klein kind dat te lang wakker is en dan helemaal niet meer lijkt te kunnen slapen en volledig over zijn toeren is.
Die overvraging begin ik steeds beter te (h)erkennen bij mijzelf. Van een periode waarbij ik tegen alles 'nee' zei, bang dat ik er van uit balans zou raken, naar een gulden middenweg.
Het is nog te snel om te merken wat de methylfenidaat hierin doet.

Waar ligt mijn grens als mijn hoofd niet meer alle omgevingsprikkels opneemt?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Bedankt voor je reactie!