maandag 12 september 2011

Dag Tien

Het lijkt alsof de pillen langzaam rust creeeren.
Dat is mooi, want daar waren ze voor bedoeld.
Maar het is ook verwarrend.
Want, zijn dit de effecten van de pillen? Of is het een placebo-effect?
Ik neem die pillen in, weet dat ze iets zouden moeten doen, weet in welke richting ze iets zouden moeten doen, misschien doe ik dat dan onbewust wel zelf.
De tijd zal het uitwijzen.
Tijd.
De klok en ik zijn de beste vrienden, maar ook de grootste vijanden de laatste dagen.
Als ik mij onrustig voel kijk ik eerst op de klok, zijn het de pillen die uitgewerkt zijn of is er iets anders waar ik onrustig van word? Moet ik al een nieuwe pil innemen? Tot hoe laat werken ze en wanneer moet ik mij dus voorbereiden op mijn rebound en even een rust moment inbouwen?
Tijdens mijn rebound momenten neem ik mijzelf en mijn gevoelens weinig serieus. Dat kan ook niet, want ik verander dan. Ik word een grote brei van gedachten en emoties, een pruttelende en spetterende stoofpot, vijf puzzels van 1000 stukjes die iemand door elkaar heeft gegooid waardoor nu niets meer in elkaar past.
Toch zijn het juist die momenten dat ik het meest leer over mijzelf en mijn ADD. En het zijn daardoor ook de momenten waarop ik het liefst in een hoekje ga zitten wachten tot het over is.
Ik wil en kan nog niet zien dat ik dan oog-in-oog sta met mijn ADD. Met de dingen die mijn losse draadjes, die kleine biologische afwijking, met mij doen. Die gevoelens van onrust, onzekerheid en het overzicht niet hebben waar ik al jaren mee worstel, springen dan ineens in tienvoud door mijn lijf.
En het is eng om te weten dat dat er is.
Enger misschien wel om te weten dat ik daartegen jaren heb gevochten.
En het allerengst dat er pillen zijn die deze gevoelens en gedachten wegnemen.
Want ik heb altijd het rotsvaste vertrouwen gehad dat ik dit zelf kon oplossen. Er mee kon leven en het draagbaar maken. Ik heb er tegen gevochten omdat ik niet wilde dat het er was. Ik wilde dat het stopte, weg ging en nooit meer terug zou komen.
De pillen herinneren mij er drie keer per dag aan dat het vechten geen zin heeft.
Ze herinneren mij er aan dat ik ADD heb, dat ADD mij heeft, maar ook dat ik ik ben en dat ik zal moeten accepteren dat de ADD er is. Dat het vechten nutteloos is, omdat ik niet zal winnen. Dat het enige wat ik kan doen nog accepteren is. Accepteren dat ADD er is, in mij en met mij.
En dat accepteren houdt niet meer in dat ik maniertjes verzin om om mijn ADD heen te lopen, hem te verbergen, stiekem voorbij te sluipen, de ADD behapbaar te maken.
Accepteren betekent dat ik mijn zwaard en schild moet laten liggen, mijn ADD een arm geven en samen verder lopen.
Is het erg als ik voorlopig nog eventjes achter mijn schild naar mijn ADD blijf kijken?
horen hoe hij gromt,
voelen hoe hij schuurt,
zien hoe hij slaat,
kijken hoe hij kleurige slingers ophangt,
feestjes organiseert,
danst, zingt, springt en lacht,
ik weet zeker dat het er allemaal bij hoort.
Maar nu nog even niet voor mij.
De tijd zal het uitwijzen.
Ik, ADD, de pillen en de tijd...
Mijn horloge heeft het in elk geval al opgegeven, sinds gisteren staat hij stil.
Goed om die nog even om te houden.
Om te bedenken dat ik ook stil mag staan.
Stil naast mijn zwaard, achter mijn schild, kijkend naar mijn ADD terwijl ik weet dat hij ook naar mij kijkt.

2 opmerkingen:

  1. Zo herkenbaar!! Vooral die strijd van jaren die je nu moet "opgeven" Ben ik nu zelf ook hard mee aan het worstelen! strekte!

    Duracellpower (van Fok!)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dankjewel Duracellpower! Jij ook sterkte!

    BeantwoordenVerwijderen

Bedankt voor je reactie!