Het jaar is voorbij.
Ik realiseerde het mij pas toen ik halverwege de dag in de auto zat op weg naar een feestje.
Het leven gaat zijn gang. De pillen vinden hun weg. Ik voer mijn gevecht. Gewoon...
Omdat ik gewend ben gevechten te voeren met mijzelf.
Omdat de pillen doen wat ze moeten doen.
Omdat het leven met of zonder pillen, met of zonder ADD, met of zonder mij, altijd door zal gaan.
En dat geeft rust.
Ik ben niet gek omdat ik ADD heb en pillen gebruik. Ik ben ik.
En ik hou van ik. Soms.
Ik vecht met ik. Soms.
Ik dans met ik. Soms.
Ik huil om ik. Soms.
Ik ben eigenlijk een hele normale ik. Met uitspattingen naar alle kanten. Omdat dat hoort bij ADD. Omdat dat hoort bij mij. Omdat ik en ADD ik zijn. En omdat de pillen maken dat ik soms makkelijker door de wereld stap. Omdat de pillen mijn wapens soms thuis laten. Omdat de pillen mijn vertroebelde beeld even schoon poetst. Omdat de pillen mijn onbedwingbare ratelen in mijn hoofd en lijf even stil legt.
Omdat ik inmiddels met ons drieën best door één deur kunnen.
Omdat ik met ons drieën beter te begrijpen en een stuk leuker ben.
- Gepost met mijn typmachine
A staat voor mijzelf, A staat voor ADD en A staat voor het begin van het alfabet, het begin van taal, woorden en schrijven, iets waarin ik mij kan vinden en hopelijk waarin ik mijn ontdekkingstocht naar en met ritalin en ADD een plaats kan geven.
Posts tonen met het label medicatie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label medicatie. Alle posts tonen
zaterdag 1 september 2012
vrijdag 30 september 2011
Dag Dertig
Middenin mijn klaslokaal als ik de groep net stil heb en iets sta uit te leggen hoor ik ineens 'dingdong dingdong'. Klas weer onrustig, ja daar is noet zo veel voor nodig, "Juf Juf, wat is dat?" Tijd om jullie allemaal een pilletje te geven, denk ik, maar ik zeg niets. Sommige momenten zijn nu eenmaal niet handig om die stomme pillen in te moeten nemen.
Op de fiets...
In de trein...
Voor de klas...
Tijdens een vergadering...
Om het voor mijzelf makkelijk te maken zou ik alles moeten laten vallen om dan die pil in te nemen, maar ja, hoe leg je dat uit? Alhoewel ik er best eerlijk over durf te zijn is het innemen van die pil toch ook een schaamtevol moment, ik word even met mijn neus op de feiten gedrukt en iedereen kan dat aanschouwen.
En dus gaat dat alarm wel af, maar moet ik dan toch vooral besluiten om ze maar later in te nemen. Waardoor eigenlijl het volgende alarm weer te vroeg gaat en ik alsnog sta te rekenen.
Of ik denk een uur later: 'had ik ze nou al ingenomen?'
Van andere ADD'ers hoor ik gepraat over chaos-coaches...
Is er ook een pillencoach?
Dus probeer ik het innemen zoveel mogelijk thuis te plannen, of even snel, op straat voordat ik op mijn fiets stap.
Als iedereen die medicijnen slikt op vaste momenten dit open en bloot zou doen, zouden we dan schrikken hoeveel er per dag aan medicijnen wordt verstouwd?
vrijdag 23 september 2011
Dag Zeventien+
Uit Balans.
Er hoeft nog niet veel te gebeuren of mijn ritme is verstoord.
De pillen beginnen een deel van mijn leven te worden en zoals vaker met dingen die een deel van mijn leven zijn vergeet ik ze wel eens.
Letterlijk.
Vanmorgen dus. Het was al half elf toen ik mij bedacht dat ik vandaag nog geen pillen had ingenomen. En dan wordt het rekenen, als ik er dan drie inneem is de laatste pas om half elf uitgewerkt, dan kan ik sowieso niet slapen. Als ik er twee inneem moet ik dat op een praktisch moment doen zodat ik er het meest 'plezier' van heb.
Want dat ik er plezier van heb begin ik wel te merken. In plaats van te denken of ik iets zou kunnen doen en hoe dan begin ik aan dingen en kan mijzelf er beter toe zetten ze af te maken.
Het is nog klein, maar er beginnen systemen te ontstaan in mijn omgeving. Systemen die ik zelf heb gecreerd.
Opruimen bestaat niet meer uit als een kip zonder kop spullen verplaatsen, maar ik kan mij focussen op een onderdeel en dat tot het eind volbrengen. Dingen belanden in de kast waar ze horen, of in de richting van waar ze horen. En aan het eind van mijn onderneming is de tafel leeg!
Maar goed, dan moet ik ze dus wel blijven innemen, op de juiste tijd.
Het stoppen voor twee dagen is mij achteraf toch minder goed bevallen. De bijwerkingen die al stukken minder waren dan in het begin kwamen kneiterhard weer terug.
Op het moment dat ik wilde slapen was ik klaarwakker waardoor ik veel te laat in slaap viel, om vervolgens om zes uur 's morgens alweer wakker te zijn en te moeten bewegen.
De hartkloppingen waren ook weer een aantal keren van de partij, en daar word ik nou niet echt rustig van.
Het probleem van de pillen inplannen is dat ik ze moet innemen wanneer ze zijn uitgewerkt en de ADD op volle kracht.
Mijn telefoon wordt dus weer mijn beste vriend, alarm er op en gaan!
Er hoeft nog niet veel te gebeuren of mijn ritme is verstoord.
De pillen beginnen een deel van mijn leven te worden en zoals vaker met dingen die een deel van mijn leven zijn vergeet ik ze wel eens.
Letterlijk.
Vanmorgen dus. Het was al half elf toen ik mij bedacht dat ik vandaag nog geen pillen had ingenomen. En dan wordt het rekenen, als ik er dan drie inneem is de laatste pas om half elf uitgewerkt, dan kan ik sowieso niet slapen. Als ik er twee inneem moet ik dat op een praktisch moment doen zodat ik er het meest 'plezier' van heb.
Want dat ik er plezier van heb begin ik wel te merken. In plaats van te denken of ik iets zou kunnen doen en hoe dan begin ik aan dingen en kan mijzelf er beter toe zetten ze af te maken.
Het is nog klein, maar er beginnen systemen te ontstaan in mijn omgeving. Systemen die ik zelf heb gecreerd.
Opruimen bestaat niet meer uit als een kip zonder kop spullen verplaatsen, maar ik kan mij focussen op een onderdeel en dat tot het eind volbrengen. Dingen belanden in de kast waar ze horen, of in de richting van waar ze horen. En aan het eind van mijn onderneming is de tafel leeg!
Maar goed, dan moet ik ze dus wel blijven innemen, op de juiste tijd.
Het stoppen voor twee dagen is mij achteraf toch minder goed bevallen. De bijwerkingen die al stukken minder waren dan in het begin kwamen kneiterhard weer terug.
Op het moment dat ik wilde slapen was ik klaarwakker waardoor ik veel te laat in slaap viel, om vervolgens om zes uur 's morgens alweer wakker te zijn en te moeten bewegen.
De hartkloppingen waren ook weer een aantal keren van de partij, en daar word ik nou niet echt rustig van.
Het probleem van de pillen inplannen is dat ik ze moet innemen wanneer ze zijn uitgewerkt en de ADD op volle kracht.
Mijn telefoon wordt dus weer mijn beste vriend, alarm er op en gaan!
donderdag 15 september 2011
Dag Dertien
De uitkomst van mijn tocht naar de psychiater.
Ik vind het nogal wat mij te bedenken dat dit in de komende twee maanden verdwenen zal zijn in mijn lijf.
Twee maanden, misschien iets langer. Ik mag gaan experimenteren...
Ik zie er nu al tegen op.
De hulperverleningswereld zit raar in elkaar.
Tegen een ADD'er zeggen dat ze iets moet gaan doen waar ze de uitwerking niet van kent, wat afwijkt van de (nét nieuw aangeleerde!) routine, iets spontaans. Dat is vragen om moeilijkheden. Natuurlijk, als ik iets in mijn hoofd krijg dan moet het regelmatig op dat moment gebeuren, spontaner kan het niet. Maar mij voorschrijven om iets te doen dat afwijkt van het pad? Nuuhu... gedachten dat het mis kan gaan nemen dan de overhand.
Stom...
want twee weken geleden was het innemen van de pillen wat een probleem opleverde.
Twee weken later is het niet innemen van de pillen wat voor weerstand zorgt.
Door mijn nog onregelmatige slapen, weinig eetlust en de stuiterballen-scene hebben we besproken of het niet nemen van de laatste dosis een optie is. Als ik die niet neem zal ik dus tot een uurtje of vijf redelijk de dag door kunnen komen, thuis kunnen stuiteren, daarna eten en na een oude-vertrouwde ADD-avond mijn bedje in.
Ik weet het niet.
Het is een beproefde en door veel psychiaters, psychologen en orthopedagogen aangehangen theorie, de pillen alleen gebruiken wanneer je ze nodig hebt. Kinderen zouden ze bijvoorbeeld op school kunnen nemen en thuis lekker doorstuiteren. Of je neemt ze alleen op een drukke bijeenkomst.
Minder chemische spullen in mijn lijf, het klinkt prima.
Het is ook precies waar ik in de toekomst naar toe wil.
Maar ik geniet ook net zo ontzettend van de rust 's avonds.
Na twee weken beginnen de pillen en de effecten deel uit te maken van mijn dagelijks leven. En tsja, zie ze er dan maar eens uit te krijgen!
Ik vind het nogal wat mij te bedenken dat dit in de komende twee maanden verdwenen zal zijn in mijn lijf.
Twee maanden, misschien iets langer. Ik mag gaan experimenteren...
Ik zie er nu al tegen op.
De hulperverleningswereld zit raar in elkaar.
Tegen een ADD'er zeggen dat ze iets moet gaan doen waar ze de uitwerking niet van kent, wat afwijkt van de (nét nieuw aangeleerde!) routine, iets spontaans. Dat is vragen om moeilijkheden. Natuurlijk, als ik iets in mijn hoofd krijg dan moet het regelmatig op dat moment gebeuren, spontaner kan het niet. Maar mij voorschrijven om iets te doen dat afwijkt van het pad? Nuuhu... gedachten dat het mis kan gaan nemen dan de overhand.
Stom...
want twee weken geleden was het innemen van de pillen wat een probleem opleverde.
Twee weken later is het niet innemen van de pillen wat voor weerstand zorgt.
Door mijn nog onregelmatige slapen, weinig eetlust en de stuiterballen-scene hebben we besproken of het niet nemen van de laatste dosis een optie is. Als ik die niet neem zal ik dus tot een uurtje of vijf redelijk de dag door kunnen komen, thuis kunnen stuiteren, daarna eten en na een oude-vertrouwde ADD-avond mijn bedje in.
Ik weet het niet.
Het is een beproefde en door veel psychiaters, psychologen en orthopedagogen aangehangen theorie, de pillen alleen gebruiken wanneer je ze nodig hebt. Kinderen zouden ze bijvoorbeeld op school kunnen nemen en thuis lekker doorstuiteren. Of je neemt ze alleen op een drukke bijeenkomst.
Minder chemische spullen in mijn lijf, het klinkt prima.
Het is ook precies waar ik in de toekomst naar toe wil.
Maar ik geniet ook net zo ontzettend van de rust 's avonds.
Na twee weken beginnen de pillen en de effecten deel uit te maken van mijn dagelijks leven. En tsja, zie ze er dan maar eens uit te krijgen!
vrijdag 9 september 2011
Dag Acht
Er zit een klein, maar hardnekkig, stuiterballetje in mijn buik wanneer ik wil gaan slapen.
Ik stuiter gezellig mee op en neer, maar kan mijn energie nergens kwijt. Op de fiets naar huis heb ik extra hard gefietst in de hoop leeg te lopen en zo mijn bed in te kunnen rollen. Maar nee.
Ik heb honger, mijn mond moet bewegen, mijn ogen schieten heen-en-weer, mijn benen wiebelen, ik heb honger (of had ik dat al gezegd?), of nee, toch geen honger, ik moet lopen, nee, kletsen, nee, iets...
Vriend kijkt mij verwonderd aan, hij was al bijna klaar om lekker te gaan slapen en nu wordt hij ineens overspoeld door mijn lava van ongecontroleerde energie.
Dingen verplaatsen, ze daarna zoeken, zitten, tanden poetsen, toch niet, met mijn handen wapperen, onlogische zinnen produceren in de hoop iets uit te leggen.
"Doe even de zonnegroet, daar wordt je vast rustig van."
Gekke Henkie. De zonnegroet betekent mijzelf gecontroleerd en geconcentreerd bewegen. Nu de pillen zijn uitgewerkt lukt dat niet. Mijn synapsen, receptoren en wat al niet meer van invloed is, draaien overuren. Alle controle ben ik kwijt.
En het gekke is dat ik ondertussen prima weet wat er aan de hand is. En ook weet dat als ik mijzelf er toe kan zetten de zonnegroet te doen ik zeer waarschijnlijk ook echt rustiger zal worden.
Maar dat 'kleine' omkeerpunt waarbij ik mijn ongecontroleerde energie moet omzetten in iets productiefs is op zulke momenten een ontzettend grote drempel, een onneembare vesting.
Ik herken het van al mijn studies, dat punt waarop ik dat wat in mijn hoofd zat op papier moest krijgen voor het inleveren van een tentamen. Het lukt niet. Ik weet dat het er zit, ik kan het voelen, ik kan het aanraken, maar het wil mijn hoofd niet uit. Als het mij wel lukt om het er uit te trekken sta ik vaak met maar een half stukje of een zeer beschadigd suk in mijn handen, een zes in plaats van de acht die ik wist dat het zou moeten zijn. En ik sla mijzelf voor mijn kop en kan niets anders doen dan wachten totdat het besluit in zijn geheel naar buiten te komen. Waardoor mijn omgeving denkt dat ik lui ben, niet wil of het simpelweg niet kan. En om het voor mijzelf te begrijpen denk ik dat dan ook maar...
Gisteravond heb ik mijzelf eens flink toegesproken, ben gaan staan en heb de zonnegroet gedaan. Deels.
Want er stond natuurlijk een tafel die ik weg moest schuiven omdat ik er halverwege tegenaan stootte. Evenals dat ik mijzelf moest verplaatsen omdat ik de lamp van het plafond sloeg. En ondersteboven hangend ontdekte ik ineens een van mijn knutselspullen die opgeborgen moest worden. Drie minuten later stond ik in de keuken mij af te vragen wat ik daar deed...
Mijn rebound en ik hebben nog de hele nacht liggen vechten.
Ik stuiter gezellig mee op en neer, maar kan mijn energie nergens kwijt. Op de fiets naar huis heb ik extra hard gefietst in de hoop leeg te lopen en zo mijn bed in te kunnen rollen. Maar nee.
Ik heb honger, mijn mond moet bewegen, mijn ogen schieten heen-en-weer, mijn benen wiebelen, ik heb honger (of had ik dat al gezegd?), of nee, toch geen honger, ik moet lopen, nee, kletsen, nee, iets...
Vriend kijkt mij verwonderd aan, hij was al bijna klaar om lekker te gaan slapen en nu wordt hij ineens overspoeld door mijn lava van ongecontroleerde energie.
Dingen verplaatsen, ze daarna zoeken, zitten, tanden poetsen, toch niet, met mijn handen wapperen, onlogische zinnen produceren in de hoop iets uit te leggen.
"Doe even de zonnegroet, daar wordt je vast rustig van."
Gekke Henkie. De zonnegroet betekent mijzelf gecontroleerd en geconcentreerd bewegen. Nu de pillen zijn uitgewerkt lukt dat niet. Mijn synapsen, receptoren en wat al niet meer van invloed is, draaien overuren. Alle controle ben ik kwijt.
En het gekke is dat ik ondertussen prima weet wat er aan de hand is. En ook weet dat als ik mijzelf er toe kan zetten de zonnegroet te doen ik zeer waarschijnlijk ook echt rustiger zal worden.
Maar dat 'kleine' omkeerpunt waarbij ik mijn ongecontroleerde energie moet omzetten in iets productiefs is op zulke momenten een ontzettend grote drempel, een onneembare vesting.
Ik herken het van al mijn studies, dat punt waarop ik dat wat in mijn hoofd zat op papier moest krijgen voor het inleveren van een tentamen. Het lukt niet. Ik weet dat het er zit, ik kan het voelen, ik kan het aanraken, maar het wil mijn hoofd niet uit. Als het mij wel lukt om het er uit te trekken sta ik vaak met maar een half stukje of een zeer beschadigd suk in mijn handen, een zes in plaats van de acht die ik wist dat het zou moeten zijn. En ik sla mijzelf voor mijn kop en kan niets anders doen dan wachten totdat het besluit in zijn geheel naar buiten te komen. Waardoor mijn omgeving denkt dat ik lui ben, niet wil of het simpelweg niet kan. En om het voor mijzelf te begrijpen denk ik dat dan ook maar...
Gisteravond heb ik mijzelf eens flink toegesproken, ben gaan staan en heb de zonnegroet gedaan. Deels.
Want er stond natuurlijk een tafel die ik weg moest schuiven omdat ik er halverwege tegenaan stootte. Evenals dat ik mijzelf moest verplaatsen omdat ik de lamp van het plafond sloeg. En ondersteboven hangend ontdekte ik ineens een van mijn knutselspullen die opgeborgen moest worden. Drie minuten later stond ik in de keuken mij af te vragen wat ik daar deed...
Mijn rebound en ik hebben nog de hele nacht liggen vechten.
woensdag 7 september 2011
Dag Zes
Staand op de roltrap doorzoek ik mijn tas.
Niets.
Mijn kleren zijn doorweekt, een hard rukwind heeft mijn paraplu de prullenbak in geblazen en toen was ik nog niet eens halverwege mijn tocht naar het metrostation.
Nog een keer haal ik al mijn spullen uit mijn tas, voel in alle vakjes en rits alles open en dicht.
Weer niets.
Ik moet huilen en lachen tegelijk.
Mijn portemonnee met alle pasjes en dus ook mijn OV-chip ligt nog thuis en ik moet over een kwartier in het centrum staan voor een belangrijke afspraak. Dat ga ik nooit redden. Zwart rijden zit er niet in met die ijzeren hekken tegenwoordig (en is heel eerlijk gezegd ook niet echt mijn stijl!).
Toch glimlach ik een beetje.
Een overwinnings-glimlach.
Ik ben iets vergeten... Ik ben iets kwijt... Ik heb iets ondoordacht gedaan.
Ik ben weer mijzelf!
Blijkbaar hebben de pillen geen vat op mijn vergeetachtigheid en kunst om alles kwijt te raken.
Terug naar huis, portemonnee halen, te laat toch mijn afspraak (succesvol) afronden en na wat boodschappen (waarbij ik overigens op mysterieuze wijze een flesje water ben verloren, het ene moment had ik het in mijn hand, toen ik het nodig had was het weg!) weer terug naar huis met de metro.
Wanneer ik de poortjes wil verlaten bekruipt mij een welbekend gevoel. Het begint met mijn maag die zich samentrekt, mijn hoofd dat mij precies kan vertellen wat ik niet wil dat er is gebeurd, klam zweet dat in mijn handen staat en een lijfelijke onrust waardoor ik alle tassen die ik bij mij heb moet doorzoeken. Weer haal ik alle spullen uit mijn tas, blader door alle boeken, rits vakjes op en dicht en voel in alle hoekjes. En toch is het echt waar...
Ik ben mijn OV-chip-kaart kwijt. En ik heb er al mee ingecheckt, wat dus betekent dat ik nu achter poortjes sta waar ik niet meer uit kan.
In een ver verleden was ik al zo slim geweest om een anonieme OV-chip te kopen. Mijzelf kennende wist ik zeker dat ik dat ding binnen mum van tijd kwijt zou raken en dat dan al mijn gegevens en aan de kaart gekoppelde bankrekening op straat zouden liggen. In al die jaren ben ik het ding geen een keer kwijt geweest. Ok, één keer, maar toen zat hij gewoon in mijn andere jaszak, dus dat is niet echt weg.
Anne vs. Pillen, één - nul.
Of toch niet?
Zouden juist die pillen er voor hebben gezorgd dat ik vandaag allerlei dingen vergeet?
In mijn hoofd krioelt het namelijk van de schema's, lijsten, stambomen en verhalen. Die zorgen er voor dat ik vaak met mijn hoofd niet in het hier en nu ben en dingen vergeet. Wanneer dit echter te vaak gebeurt wordt er een nieuwe lijst gemaakt.
Zo is er de 'huis-vlak-voor-vertrek-checklist', die gaat ongeveer zo:
- Zijn alle lichten uit?
- Gaat het regenen en zo ja, zijn alle ramen dicht?
- Staat de kachel uit?
- Moet ik naar de WC?
En de 'heb-ik-al-mijn-spullen-checklist',
- Waar is mijn tas?
- Heb ik een rugzak nodig?
- Waar zijn mijn sleutels (dit is de bottle-neck van de checklist, want die moeten vaak gezocht worden waardoor ik de rest vergeet, vandaar dat ik de sleutels tegenwoordig onderaan de trap laat liggen waardoor ze zijn verplaatst naar mijn 'voordeur-bij-vertrek-checklist'.)
- Heb ik mijn telefoon?
- Heb ik mijn portemonnee?
- Heb ik mijn agenda nodig en zo ja, heb ik die ingepakt?
Het stellen van deze vragen aan mijzelf moet ik bewust doen. Doe ik het niet dan is de kans groot dat ik daadwerkelijk iets vergeet. Wanneer ik verplaatst word (op vakantie of verhuizen) moeten alle lijstjes weer worden herschreven. Gestoord worden in mijn vragenlijst kan ook funest zijn. Dan vergeet ik namelijk de gehele vragenlijst of moet weer bij het begin beginnen. Jammer genoeg word ik vaak gestoord bij mijn checklist, zowel door anderen (die niet kunnen zien dat ik de lijst afloop) als door mijzelf. Vaak halverwege de lijst moet er namelijk ineens iets anders, iemand bellen, toch nog even mijn e-mail bekijken, toch wel naar de WC, andere schoenen aan, mijn sjaal zoeken enz. enz.
Kortom, vlak voordat ik weg ga is het een drukte van jewelste, in mijn hoofd.
Maar het gaat ook al langere tijd erg goed met niets vergeten... Dus dan neem ik al dat afvinken maar voor lief.
En die drukte is nu een beetje weg.
De pillen onderdrukken die drukte. Maar zonder dat ik het doorhad dus ook mijn vangnet van lijstjes.
En dan komt dus mijn eigen slordige, chaotische- ik weer naar boven.
Gezellig.
Want daar sta je dan, achter een groot ijzeren hekwerk waarvan je weet dat je best met grote kracht jezelf door het poortje kunt duwen, maar dat je dan ook aan de andere kant met veel blauwe plekken weer naar buiten komt (en een rode kop, omdat iedereen kijkt waar dat gekke gepiep vandaan komt).
En dus moest ik om hulp vragen. Altijd een leuke kans om nieuwe mensen te ontmoeten.
Dit keer hoefde ik niet ver te zoeken. Het uitpluizen van mijn tas, tot vier keer toe, had namelijk plaats gevonden naast twee medewerkers van de RET (ook goed om te weten dat zij dus nooit uit zichzelf hulp aanbieden). En precies op het moment dat ik besloot dat ik toch echt echt echt mijn pasje kwijt was liepen zij richting de uitgang. Ik moest nog een sprintje trekken om een van de twee aan te spreken met de vraag wat nu te doen.
Blijkbaar zag ik er zo oververhit, chaotisch en verloren uit dat de RET-meneer mijn verhaal over de verloren chip niet in twijfel trok en mij direct met zijn pasje naar buiten liet.
Vrijheid!
Bedenk mij nu dat ik ook vergeten ben om meteen een nieuwe chip aan te schaffen.
He fijn!
Niets.
Mijn kleren zijn doorweekt, een hard rukwind heeft mijn paraplu de prullenbak in geblazen en toen was ik nog niet eens halverwege mijn tocht naar het metrostation.
Nog een keer haal ik al mijn spullen uit mijn tas, voel in alle vakjes en rits alles open en dicht.
Weer niets.
Ik moet huilen en lachen tegelijk.
Mijn portemonnee met alle pasjes en dus ook mijn OV-chip ligt nog thuis en ik moet over een kwartier in het centrum staan voor een belangrijke afspraak. Dat ga ik nooit redden. Zwart rijden zit er niet in met die ijzeren hekken tegenwoordig (en is heel eerlijk gezegd ook niet echt mijn stijl!).
Toch glimlach ik een beetje.
Een overwinnings-glimlach.
Ik ben iets vergeten... Ik ben iets kwijt... Ik heb iets ondoordacht gedaan.
Ik ben weer mijzelf!
Blijkbaar hebben de pillen geen vat op mijn vergeetachtigheid en kunst om alles kwijt te raken.
Terug naar huis, portemonnee halen, te laat toch mijn afspraak (succesvol) afronden en na wat boodschappen (waarbij ik overigens op mysterieuze wijze een flesje water ben verloren, het ene moment had ik het in mijn hand, toen ik het nodig had was het weg!) weer terug naar huis met de metro.
Wanneer ik de poortjes wil verlaten bekruipt mij een welbekend gevoel. Het begint met mijn maag die zich samentrekt, mijn hoofd dat mij precies kan vertellen wat ik niet wil dat er is gebeurd, klam zweet dat in mijn handen staat en een lijfelijke onrust waardoor ik alle tassen die ik bij mij heb moet doorzoeken. Weer haal ik alle spullen uit mijn tas, blader door alle boeken, rits vakjes op en dicht en voel in alle hoekjes. En toch is het echt waar...
Ik ben mijn OV-chip-kaart kwijt. En ik heb er al mee ingecheckt, wat dus betekent dat ik nu achter poortjes sta waar ik niet meer uit kan.
In een ver verleden was ik al zo slim geweest om een anonieme OV-chip te kopen. Mijzelf kennende wist ik zeker dat ik dat ding binnen mum van tijd kwijt zou raken en dat dan al mijn gegevens en aan de kaart gekoppelde bankrekening op straat zouden liggen. In al die jaren ben ik het ding geen een keer kwijt geweest. Ok, één keer, maar toen zat hij gewoon in mijn andere jaszak, dus dat is niet echt weg.
Anne vs. Pillen, één - nul.
Of toch niet?
Zouden juist die pillen er voor hebben gezorgd dat ik vandaag allerlei dingen vergeet?
In mijn hoofd krioelt het namelijk van de schema's, lijsten, stambomen en verhalen. Die zorgen er voor dat ik vaak met mijn hoofd niet in het hier en nu ben en dingen vergeet. Wanneer dit echter te vaak gebeurt wordt er een nieuwe lijst gemaakt.
Zo is er de 'huis-vlak-voor-vertrek-checklist', die gaat ongeveer zo:
- Zijn alle lichten uit?
- Gaat het regenen en zo ja, zijn alle ramen dicht?
- Staat de kachel uit?
- Moet ik naar de WC?
En de 'heb-ik-al-mijn-spullen-checklist',
- Waar is mijn tas?
- Heb ik een rugzak nodig?
- Waar zijn mijn sleutels (dit is de bottle-neck van de checklist, want die moeten vaak gezocht worden waardoor ik de rest vergeet, vandaar dat ik de sleutels tegenwoordig onderaan de trap laat liggen waardoor ze zijn verplaatst naar mijn 'voordeur-bij-vertrek-checklist'.)
- Heb ik mijn telefoon?
- Heb ik mijn portemonnee?
- Heb ik mijn agenda nodig en zo ja, heb ik die ingepakt?
Het stellen van deze vragen aan mijzelf moet ik bewust doen. Doe ik het niet dan is de kans groot dat ik daadwerkelijk iets vergeet. Wanneer ik verplaatst word (op vakantie of verhuizen) moeten alle lijstjes weer worden herschreven. Gestoord worden in mijn vragenlijst kan ook funest zijn. Dan vergeet ik namelijk de gehele vragenlijst of moet weer bij het begin beginnen. Jammer genoeg word ik vaak gestoord bij mijn checklist, zowel door anderen (die niet kunnen zien dat ik de lijst afloop) als door mijzelf. Vaak halverwege de lijst moet er namelijk ineens iets anders, iemand bellen, toch nog even mijn e-mail bekijken, toch wel naar de WC, andere schoenen aan, mijn sjaal zoeken enz. enz.
Kortom, vlak voordat ik weg ga is het een drukte van jewelste, in mijn hoofd.
Maar het gaat ook al langere tijd erg goed met niets vergeten... Dus dan neem ik al dat afvinken maar voor lief.
En die drukte is nu een beetje weg.
De pillen onderdrukken die drukte. Maar zonder dat ik het doorhad dus ook mijn vangnet van lijstjes.
En dan komt dus mijn eigen slordige, chaotische- ik weer naar boven.
Gezellig.
Want daar sta je dan, achter een groot ijzeren hekwerk waarvan je weet dat je best met grote kracht jezelf door het poortje kunt duwen, maar dat je dan ook aan de andere kant met veel blauwe plekken weer naar buiten komt (en een rode kop, omdat iedereen kijkt waar dat gekke gepiep vandaan komt).
En dus moest ik om hulp vragen. Altijd een leuke kans om nieuwe mensen te ontmoeten.
Dit keer hoefde ik niet ver te zoeken. Het uitpluizen van mijn tas, tot vier keer toe, had namelijk plaats gevonden naast twee medewerkers van de RET (ook goed om te weten dat zij dus nooit uit zichzelf hulp aanbieden). En precies op het moment dat ik besloot dat ik toch echt echt echt mijn pasje kwijt was liepen zij richting de uitgang. Ik moest nog een sprintje trekken om een van de twee aan te spreken met de vraag wat nu te doen.
Blijkbaar zag ik er zo oververhit, chaotisch en verloren uit dat de RET-meneer mijn verhaal over de verloren chip niet in twijfel trok en mij direct met zijn pasje naar buiten liet.
Vrijheid!
Bedenk mij nu dat ik ook vergeten ben om meteen een nieuwe chip aan te schaffen.
He fijn!
maandag 5 september 2011
Dag Vier
4.15
Het licht van mijn telefoon schijnt in mijn gezicht.
Alweer.
De laatste paar nachten schrik ik rond vier uur wakker en kijk op de klok of ik op moet staan. Ik ga dan maar even naar de WC of speel een spelletje op mijn telefoon. Vannacht was het een muggenbeet die voor het nodige vertier zorgde, de jeuk begon bij mijn pink en op het moment dat ik probeerde al mijn vingers en arm tot aan mijn ellebogen tegelijk te krabben heb ik toch maar de After Bite gepakt.
Alhoewel ik toch echt dacht rustig te doen werd Vriend er wakker van. Het is zwaar om met mij een bed te delen. Want zelfs met pillen gaat 's nachts het ADD-ritme door. Ik woel, smak, draai en op goede dagen sla en duw in mijn slaap, terwijl ik er zelf rustig doorheen slaap. Maar blijkbaar word ik nu dan toch wakker van mijzelf.
Om half vijf heb ik nog even overwogen om er uit te gaan, maar gelukkig viel ik rond vijf uur toch wel weer in slaap.
Gisteren hebben de pillen en ik een goede dag gehad. Ik heb zelfgemaakte spullen verkockt op een creatieve markt. Volgens mijn moeder heb ik sinds lange tijd iets gedaan dat ik van begin tot eind heb afgemaakt.
Zaterdagavond heb ik nog 'gewoon' alle opties overwogen om niet te gaan.
De methylfenidaat was uitgewerkt en ik begin nu de verschillen te merken. Ik twijfel veel meer, kom niet tot handelen, laat mij sneller opfokken en gevoelens en gedachten tuimelen over elkaar heen in een wir-war van woorden en prikkels.
Het is een soort vuurtje dat dan oplaait en bezit neemt van mijn hele lijf. Ik herken het vuurtje wel, het vindt alles stom, denkt dat iedereen tegen hem is en gaat het liefst in een hoekje zitten branden zodat niemand hem ziet. Het gevoel van het vuurtje is er bij mij eigenlijk altijd. Ik weet dat hij onredelijk en vaak ook onwaar is, dus vecht ik er tegen om hem niet de overhand te laten nemen, het grootste gedeelte van de tijd lukt dat. Maar soms schiet hij ineens door, vindt alle brandbare spullen op zijn weg en laat een spoor van zwartgeblakerde zooi achter.
Blijkbaar onderdrukt de methylfenidaat dit vuurtje behoorlijk. Maar als de pillen zijn uitgewerkt, na een uurtje of drie, grijpt hij zijn kans. En als ik er niet op bedacht ben krijgt mijn omgeving dan de wind van voren of verval ik in destructieve gedachten als: "Ik kan het toch niet! Niemand vindt dit en mij leuk!"
Het nemen van beslissingen is helemaal een ramp, want in mijn hoofd moet ik altijd alles alleen op lossen. En daarbij moet ik ook nog eens constant rekening houden met anderen, ook als die anderen eigenlijk helemaal niets van mij willen, want eigenlijk willen ze wel iets, alleen zeggen ze het niet. Ja, het is een drukke bedoening in dat hoofd van mij. En mijn gezicht ondertussen maar in de neutraal stand houden.
Zo kwam mijn Vriend afgelopen weekend met een vraag. Ik hoor de vraag dan wel, maar ondertussen denk ik alweer aan honderviermiljoen andere dingen die misschien ook met deze vraag gevraagd worden, die moeten gebeuren als ik 'ja' zeg, die gaan gebeuren als ik 'nee' zeg. En vooral de dingen die moeten gebeuren als ik 'ja' zeg brengen mijn hoofd op hol. Dan moet ik het huis gaan schoonmaken, ik alles op orde brengen, ik eten koken, ik alles opruimen, ik anderen verzorgen en ik... heb daar geen tijd voor en kan dat allemaal niet. "NEE!" zei ik dus ook.
Een half uur later nam ik mijn tweede pil van die dag... en terwijl ik nog eens over de vraag nadacht bedacht ik mij dat Vriend zelf ook dingen kon opruimen, alles in orde kon brengen, voor anderen kan zorgen enz. enz. Ik smste een 'Ja, met dank aan de pillen.'
Ik zal nog moeten leren dat ook de beslissingen die ik met de werking van de pillen neem die van mijzelf zijn. En misschien wel meer door anderen begrepen dan de beslissingen die ik zonder pillen neem.
Want dat vraag ik mij steeds af...
Als die pillen werken, ben ik dan eigenlijk altijd een beetje raar geweest?
En wordt ik nu dan gemiddeld, zoals de meeste anderen?
En wil ik dat dan wel?
Het licht van mijn telefoon schijnt in mijn gezicht.
Alweer.
De laatste paar nachten schrik ik rond vier uur wakker en kijk op de klok of ik op moet staan. Ik ga dan maar even naar de WC of speel een spelletje op mijn telefoon. Vannacht was het een muggenbeet die voor het nodige vertier zorgde, de jeuk begon bij mijn pink en op het moment dat ik probeerde al mijn vingers en arm tot aan mijn ellebogen tegelijk te krabben heb ik toch maar de After Bite gepakt.
Alhoewel ik toch echt dacht rustig te doen werd Vriend er wakker van. Het is zwaar om met mij een bed te delen. Want zelfs met pillen gaat 's nachts het ADD-ritme door. Ik woel, smak, draai en op goede dagen sla en duw in mijn slaap, terwijl ik er zelf rustig doorheen slaap. Maar blijkbaar word ik nu dan toch wakker van mijzelf.
Om half vijf heb ik nog even overwogen om er uit te gaan, maar gelukkig viel ik rond vijf uur toch wel weer in slaap.
Gisteren hebben de pillen en ik een goede dag gehad. Ik heb zelfgemaakte spullen verkockt op een creatieve markt. Volgens mijn moeder heb ik sinds lange tijd iets gedaan dat ik van begin tot eind heb afgemaakt.
Zaterdagavond heb ik nog 'gewoon' alle opties overwogen om niet te gaan.
De methylfenidaat was uitgewerkt en ik begin nu de verschillen te merken. Ik twijfel veel meer, kom niet tot handelen, laat mij sneller opfokken en gevoelens en gedachten tuimelen over elkaar heen in een wir-war van woorden en prikkels.
Het is een soort vuurtje dat dan oplaait en bezit neemt van mijn hele lijf. Ik herken het vuurtje wel, het vindt alles stom, denkt dat iedereen tegen hem is en gaat het liefst in een hoekje zitten branden zodat niemand hem ziet. Het gevoel van het vuurtje is er bij mij eigenlijk altijd. Ik weet dat hij onredelijk en vaak ook onwaar is, dus vecht ik er tegen om hem niet de overhand te laten nemen, het grootste gedeelte van de tijd lukt dat. Maar soms schiet hij ineens door, vindt alle brandbare spullen op zijn weg en laat een spoor van zwartgeblakerde zooi achter.
Blijkbaar onderdrukt de methylfenidaat dit vuurtje behoorlijk. Maar als de pillen zijn uitgewerkt, na een uurtje of drie, grijpt hij zijn kans. En als ik er niet op bedacht ben krijgt mijn omgeving dan de wind van voren of verval ik in destructieve gedachten als: "Ik kan het toch niet! Niemand vindt dit en mij leuk!"
Het nemen van beslissingen is helemaal een ramp, want in mijn hoofd moet ik altijd alles alleen op lossen. En daarbij moet ik ook nog eens constant rekening houden met anderen, ook als die anderen eigenlijk helemaal niets van mij willen, want eigenlijk willen ze wel iets, alleen zeggen ze het niet. Ja, het is een drukke bedoening in dat hoofd van mij. En mijn gezicht ondertussen maar in de neutraal stand houden.
Zo kwam mijn Vriend afgelopen weekend met een vraag. Ik hoor de vraag dan wel, maar ondertussen denk ik alweer aan honderviermiljoen andere dingen die misschien ook met deze vraag gevraagd worden, die moeten gebeuren als ik 'ja' zeg, die gaan gebeuren als ik 'nee' zeg. En vooral de dingen die moeten gebeuren als ik 'ja' zeg brengen mijn hoofd op hol. Dan moet ik het huis gaan schoonmaken, ik alles op orde brengen, ik eten koken, ik alles opruimen, ik anderen verzorgen en ik... heb daar geen tijd voor en kan dat allemaal niet. "NEE!" zei ik dus ook.
Een half uur later nam ik mijn tweede pil van die dag... en terwijl ik nog eens over de vraag nadacht bedacht ik mij dat Vriend zelf ook dingen kon opruimen, alles in orde kon brengen, voor anderen kan zorgen enz. enz. Ik smste een 'Ja, met dank aan de pillen.'
Ik zal nog moeten leren dat ook de beslissingen die ik met de werking van de pillen neem die van mijzelf zijn. En misschien wel meer door anderen begrepen dan de beslissingen die ik zonder pillen neem.
Want dat vraag ik mij steeds af...
Als die pillen werken, ben ik dan eigenlijk altijd een beetje raar geweest?
En wordt ik nu dan gemiddeld, zoals de meeste anderen?
En wil ik dat dan wel?
vrijdag 2 september 2011
De aanloop
Ik wist waar ik aan begon, testen, gesprekken eventueel medicatie. Jaren heb ik aan de andere kant van de lijn gestaan, maar begin 2011 heb ik voorzichtig mijn eerste stap over de lijn gezet.Het begon met een e-mail van mijn vader: "Ik heb AD(H)D, op deze site staat veel informatie."
Op die site stond niet alleen informatie, maar ook een test.
Een van de weinige testen waar ik glansrijk voor ben geslaagd. En een van de vele testen waar ik eigenlijk weinig aandacht aan wilde besteden.
Al vele malen ben ik vastgelopen tijdens mijn opleidingen (en terugkijkend ook de middelbare school) en vol goede moed weer aan iets nieuws begonnen.
Aan iets nieuws beginnen werd mijn handelsmerk. Gaat het niet? Dan begin ik gewoon ergens anders...
En op die manier sleepte ik al jaren bolletjes touw met een heleboel losse eindjes mee. Losse eindjes die constant met elkaar in de knoop raakten totdat ik halverwege het ontwarren dacht: 'waar ben ik mee bezig?'
De uitslag van de internettest bleef door mijn hoofd spoken.
'Het zou toch niet?'
Ik werk zelf met ADHD-ers, al jaren, en heb geleerd dat je vast dingen herkent bij jezelf, maar dat dat niet betekent dat je het ook hebt. Behalve... als die dingen een probleem worden in je leven. En dat zijn ze.
Ik maak niets af, kan beginnen met opruimen van de keuken, daar iets vinden dat in de kast boven moet, maar halverwege de trap denken dat deze gestofzuigd moet worden, om de stofzuiger te gaan pakken en in die kast een kom te vinden, waardoor het plan wordt opgevat om taart te bakken, daarvoor moet je naar de supermarkt, waar ik dan voor het gemak ook even het avondeten koop, om er bij thuiskomst achter te komen dat er al avondeten was, ik geen bakspullen heb meegenomen, de trap nog steeds vies is, de spullen niet opgeruimd, maar de dag wel voorbij.
En doordat ik constant in mijn hoofd leef, maar mijn omgeving vergeet kan die omgeving soms ineens hard binnenkomen en mij uit balans brengen waardoor ik boos word, wat de omgeving dan weer niet snapt.
Kortom, huis, opleiding, werk en sociale contacten, ze waren een zooitje waar ik gefrustreerd van raakte.
En dus begon de molen.
Gesprekken met een psycholoog en persoonlijkheids- en intelligentie-testen.
Ik ben gewend om vrij kritisch naar mijzelf te kijken, maar zo intens had ik het nog niet eerder gedaan.
En de uitkomst?
Het kan vriezen, het kan dooien.
'Welcome To My World' dacht ik.
Heb ik AD(H)D-kenmerken (want dat ik die had was wel duidelijk) doordat ik AD(H)D heb, of heb ik persoonlijkheidskenmerken waardoor ik mij AD(H)D dingen heb aangeleerd om te overleven?
En dus gingen de gesprekken verder.
Tot ik twee maanden geleden een nieuwe psycholoog kreeg die een erg duidelijk standpunt in nam. Om te weten of het vriest of dooit moet je op een thermometer kijken.
In het geval van AD(H)D heet deze thermometer methylfenidaat (beter bekend onder de merknaam: Ritalin). Medicatie als meetinstrument. Heb je AD(H)D dan werkt het, wordt je er nog meer AD(H)D van, dan heb je het niet.
Medicatie. Ik had er zo mijn bedenkingen bij. Maar ik wil ook graag weten waar precies mijn grenzen en problemen liggen. Natuurlijk kan ik gedragstherapieen ondergaan, maar waar het fout ging en wat er beter moest wist ik al. Er is dat kleine omkeerpunt in je leven waarbij je dingen anders aan moet gaan pakken en een andere richting uit moet, maar die bij mij meer op een rotonde met doodlopende straten lijkt. Ik blijf dus maar in rondjes rijden. Als ik écht AD(H)D heb dan zal ik ook moeten gaan accepteren dat sommige dingen niet te veranderen zijn, omdat ik biologisch nu eenmaal zo gebouwd ben dat er daar een rotonde zit. En medicatie kan die rotonde dan een uitweg geven. Kan die biologische processen omkeren.
Maar ja, medicatie... ik wil het zelf doen, zelf veranderen, zelf de controle houden, zelf zelf zelf. Ik ben niet gek, ik ben niet dom. Iets in mijn lijf stoppen om er beter van te worden? Als ik migraine heb moet vaak iemand anders mij er aan herinneren dat er paracetamol bestaat.
En wat als ik er ineens een heel ander mens van word?
Wat als het niet aanslaat? Wat als het wel aanslaat? Ben ik dan de rest van mijn leven afhankelijk van medicijnen?
Er gingen wat slapeloze nachten en lange gesprekken (in mijn hoofd!) overheen.
Totdat ik besloot dat mijzelf de kans ontnemen om deze keer echt tot de bodem te gaan en alle kansen aan te grijpen om te onderzoeken wie ik ben, wel erg stom zou zijn. Ik weet dat ik dan over drie jaar weer op de rotonde uitkom.
Op die site stond niet alleen informatie, maar ook een test.
Een van de weinige testen waar ik glansrijk voor ben geslaagd. En een van de vele testen waar ik eigenlijk weinig aandacht aan wilde besteden.
Al vele malen ben ik vastgelopen tijdens mijn opleidingen (en terugkijkend ook de middelbare school) en vol goede moed weer aan iets nieuws begonnen.
Aan iets nieuws beginnen werd mijn handelsmerk. Gaat het niet? Dan begin ik gewoon ergens anders...
En op die manier sleepte ik al jaren bolletjes touw met een heleboel losse eindjes mee. Losse eindjes die constant met elkaar in de knoop raakten totdat ik halverwege het ontwarren dacht: 'waar ben ik mee bezig?'
De uitslag van de internettest bleef door mijn hoofd spoken.
'Het zou toch niet?'
Ik werk zelf met ADHD-ers, al jaren, en heb geleerd dat je vast dingen herkent bij jezelf, maar dat dat niet betekent dat je het ook hebt. Behalve... als die dingen een probleem worden in je leven. En dat zijn ze.
Ik maak niets af, kan beginnen met opruimen van de keuken, daar iets vinden dat in de kast boven moet, maar halverwege de trap denken dat deze gestofzuigd moet worden, om de stofzuiger te gaan pakken en in die kast een kom te vinden, waardoor het plan wordt opgevat om taart te bakken, daarvoor moet je naar de supermarkt, waar ik dan voor het gemak ook even het avondeten koop, om er bij thuiskomst achter te komen dat er al avondeten was, ik geen bakspullen heb meegenomen, de trap nog steeds vies is, de spullen niet opgeruimd, maar de dag wel voorbij.
En doordat ik constant in mijn hoofd leef, maar mijn omgeving vergeet kan die omgeving soms ineens hard binnenkomen en mij uit balans brengen waardoor ik boos word, wat de omgeving dan weer niet snapt.
Kortom, huis, opleiding, werk en sociale contacten, ze waren een zooitje waar ik gefrustreerd van raakte.
En dus begon de molen.
Gesprekken met een psycholoog en persoonlijkheids- en intelligentie-testen.
Ik ben gewend om vrij kritisch naar mijzelf te kijken, maar zo intens had ik het nog niet eerder gedaan.
En de uitkomst?
Het kan vriezen, het kan dooien.
'Welcome To My World' dacht ik.
Heb ik AD(H)D-kenmerken (want dat ik die had was wel duidelijk) doordat ik AD(H)D heb, of heb ik persoonlijkheidskenmerken waardoor ik mij AD(H)D dingen heb aangeleerd om te overleven?
En dus gingen de gesprekken verder.
Tot ik twee maanden geleden een nieuwe psycholoog kreeg die een erg duidelijk standpunt in nam. Om te weten of het vriest of dooit moet je op een thermometer kijken.
In het geval van AD(H)D heet deze thermometer methylfenidaat (beter bekend onder de merknaam: Ritalin). Medicatie als meetinstrument. Heb je AD(H)D dan werkt het, wordt je er nog meer AD(H)D van, dan heb je het niet.
Medicatie. Ik had er zo mijn bedenkingen bij. Maar ik wil ook graag weten waar precies mijn grenzen en problemen liggen. Natuurlijk kan ik gedragstherapieen ondergaan, maar waar het fout ging en wat er beter moest wist ik al. Er is dat kleine omkeerpunt in je leven waarbij je dingen anders aan moet gaan pakken en een andere richting uit moet, maar die bij mij meer op een rotonde met doodlopende straten lijkt. Ik blijf dus maar in rondjes rijden. Als ik écht AD(H)D heb dan zal ik ook moeten gaan accepteren dat sommige dingen niet te veranderen zijn, omdat ik biologisch nu eenmaal zo gebouwd ben dat er daar een rotonde zit. En medicatie kan die rotonde dan een uitweg geven. Kan die biologische processen omkeren.
Maar ja, medicatie... ik wil het zelf doen, zelf veranderen, zelf de controle houden, zelf zelf zelf. Ik ben niet gek, ik ben niet dom. Iets in mijn lijf stoppen om er beter van te worden? Als ik migraine heb moet vaak iemand anders mij er aan herinneren dat er paracetamol bestaat.
En wat als ik er ineens een heel ander mens van word?
Wat als het niet aanslaat? Wat als het wel aanslaat? Ben ik dan de rest van mijn leven afhankelijk van medicijnen?
Er gingen wat slapeloze nachten en lange gesprekken (in mijn hoofd!) overheen.
Totdat ik besloot dat mijzelf de kans ontnemen om deze keer echt tot de bodem te gaan en alle kansen aan te grijpen om te onderzoeken wie ik ben, wel erg stom zou zijn. Ik weet dat ik dan over drie jaar weer op de rotonde uitkom.
Abonneren op:
Posts (Atom)