zaterdag 30 juni 2012

Experimenteren kun je leren

Het was 1 september 2011 toen ik met mijzelf het experiment van methylfenidaat aan ging. 'Maximaal een jaar hoor, gewoon om te weten of het werkt.'
Ik weet het jaar is nog niet geheel voorbij, maar ver over de helft al wel.
En deze afgelopen weken kwam ik een paar maal doodop thuis. Moe, leeg, op.... Slaap!!!! Ik snapte er niets van. Alle opties, een nieuwe werkplek, vroeger opstaan, meer verantwoordelijkheid leken te kloppen maar waren geen legitimatie voor deze status van OP.
Tot ik mij realiseerde dat ik steeds op het drukste moment op mijn werk mijn medicatie vergat in te nemen. 's Morgen achter de computer en in vergaderingen ging ik als een speer op mijn 15mg, maar op het moment dat de jongeren binnen kwamen en ik trainingen moest gaan geven deed ik het mijzelf aan om niet alleen een groep adhd'ers (en wat al niet meer) onder controle te houden, maar ook mijzelf.
Ik was doodop van mijn eigen hoofd. Van mijn gespring dat ik geen ruimte kon laten.
Ik was op van doen wat ik eigenlijk al mijn hele leven gewend was te doen. Geen wonder dat ik opbrandde op elke nieuwe werkplek, in elke relatie, op elk feest, elke vakantie, elk alles dat nieuw is.
Geen wonder dat ik een hekel aan nieuw, maar het steeds weer nodig, heb.
Oftewel ik probeer nu mijn medicatie weer op tijd te nemen. Mijn collega zei al lachend, 'ik haal voor jou wel ook een glas water als ik dat voor de jongeren doe.'
Meneer psych zei lachend: 'Wonderlijk hoe het soms werkt, maar bij jou werkt het. Het is moeilijk precies vast te stellen, maar jij hebt echt ADD.'
Fijn.
Werkelijk fijn.
Niet als legitimatie en dat er nu geen werk aan de gedragswinkel is, maar omdat er iets bestaat dat die ADD draagbaar kan maken zodat ik die gehele gedragswinkel met lege handen in kan stappen en ook werkelijk mee kan nemen wat ik nodig heb.
Iets dat een klein wit pilletje is met een onmogelijke breekrand er in.
- Gepost met mijn typmachine

zaterdag 9 juni 2012

Irritatie

Als ik mijn pillen neem ben ik in staat de stilte te waarderen.

Wel blijf ik zwart-wit.

Waardoor ik mij mateloos irriteer aan nodeloos gepraat.
Hoeveel woorden verlaten op een dag jouw mond zonder een doel?
Wat is de functie van praten?
Zegt een arm, een blik, een been niet meer dan letters?

Of houd ik het meest van stil omdat het nieuw is? Als ik nu stil ben is mijn hoofd dat ook. Ik ben niet stil om de gedachten die in mijn hoofd over elkaar tuimelen een richting te geven, maar ik ben stil om te genieten van... van niets.

Dus ben ik stil en irriteer mij. Aan nodeloos gepraat door een telefoon over een gekochte bloempot en het omroepsysteem van de metro, aan te hard muziek uit een telefoon, aan het benoemen van alle dingen die te zien zijn op het perron, aan alle dingen die mijn stilte verstoren.

Ik weet niet wat erger is, mij irriteren aan het verstoren van mijn stilte of het niet kunnen filteren van alle indrukken en dan met een gevuld hoofd mijn dag vervolgen. Met de pillen op stap ik zo de metro uit en weet dat ik mijn weg naar huis weer in stilte kan vervolgen. Alle indrukken glijden mijn hoofd weer uit. Gezien, gehoord, geirriteerd, maar net zo makkelijk weer vergeten.


- Gepost met mijn typmachine

vrijdag 1 juni 2012

Niet

Vandaag nam ik mijn pillen niet. Expres hoor. Weloverwogen...
Ik sta nu bij de tramhalte. Met mijn sportschoenen aan. Want de schoenen die ik vanmorgen aan had en eigenlijk nu aan mijn voeten hadden moeten zitten liggen onder mijn bureau in ons kantoor. Waar ik net vertrok, al zoekend om mij heen kijkend, omdat ik mijn pieper kwijt was. Nadat ik de gehele etage binnenstebuiten had gekeerd en inmiddels met boetekleed aan op weg naar het inleverpunt was, realiseerde ik mij dat ik betreffende pieper vanochtend niet had opgehaald.
Maar goed, ik leef nog.
Weliswaar met de hele dag het idee dat ik iets vergeet.
Wat vast ook klopt.
Maar wat?

- Gepost met mijn typmachine